woensdag 29 september 2021

 Wat is de mens in dat wat die denkt?


Het mens zijn niet meer is dan wat je erover kan zeggen.
De mens zo alleen maar is in wat die denkt dat die is.
In welke mate zou die zichzelf nog kennen?
Zou de andere mens dan ook zijn wat de mens denk dat die is?
Zouden de mensen elkaar dan wel echt kunnen kennen?
Zal de mens geen vreemd zijn in de nabijheid van de medemens?         
Daar waar mensen bij elkaar zijn, ze zo gewoon maar vreemden voor elkaar zijn.

Waar mensen samen zijn lijkt het wel een kippenhok.

Mensen toch dikwijls samen zijn en zoveel praten met elkaar.
Het dan veel lijkt op een kippenhok vol kakelend kippen.
Ze dus ook veel denken vanuit in de woorden van de taal.
Alles wat ze zeggen tegen elkaar, wat verteld dit over hunzelf.
We zo dikwijls zeggen over wat we denken over de ander.
Zou de ander zich niet gekwetst kunnen voelen?
De mens hierin de medemens negeert, hieraan gewoon voorbij gaat. Er geen vragen over stelt, en er niet bij stilstaat.
De mens maar gewoon verder gaat.
Mensen veel denken voor en over de zijn medemensen.

Word de mens alleen maar bewogen door het denken?

Denken de mensen niet veel te veel?
Zouden ze niet beter hier wat meer over nadenken?
Zouden ze hier niet wat meer bij kunnen stilstaan?
Kunnen woorden niet heel kwetsend zijn?

De mens die denkt over en voor zijn medemens

De mens veel denk over de medemens en die het denkt te weten en altijd maar goede raad geeft.
Is het niet belangrijk om gewoon te luisteren?
Die ander zich mag geaccepteerd voelen in wie die is in het zwak zijn.
Al bedoel je het goed voor die medemens waartegen je dit zegt.

Je medemens zich toch gekwetst voelt.

Zou je dit kunnen weten of wil je dit wel weten?
Je dit gewoon niet wil weten en er het liefst niet bij stilstaat.
Je gewoon verder gaat en er lieven niet over praat.
Die met lange tenen

Wat zou de mens dan weten over die medemens met zijn lange tenen en die zich zo vlug op zijn tenen getrapt is.
Die daar met zijn gevoelige tenen.
Wat zou je over die medemens kunnen zeggen?
Wat je van die medemens niet kan begrijpen en accepteren, kun je dit dan begrijpen en accepteren van jezelf?
Is het niet dat de ander je eerder zal veroordelen dan dat je durft  blootgeven aan die ander?
Als je het verdriet en hetgeen wat die er over verteld weglacht, in welke mate zou je jezelf dan ook niet voor de gek houden.
Waarom zouden we onze zwakke kanten niet mogen tonen?
Waarom zouden we ons hierin niet mogen laten kennen?

Is de ander een spiegel voor jezelf?

Als je jezelf hierin ziet, wie ben je dan als mens?
Zou het kunnen gaan over de mens die zichzelf kan negeren in wie die is.
Het hier ook zou kunnen gaan over de mens die dat niet kan.
Gaat het over de mens met die lange tenen, die vlug op zijn getrapt is of die mens die de pijn van het kwetsbaar zijn liever negeert, zich hierboven wil stellen en het liever niet voelt.
Er om de reden dat ze het liever niet laten zien dat ze lange tenen hebben waar ze zich vlug op getrapt voelen, ze gewoon dan naast hun schoenen lopen en overlopen van arrogantie.

In wiens schoenen zou je het liefst niet willen staan?
Wat als je in de schoenen van je mede mens zou staan?

Wie zou je dan zelf zijn?

Ben je zelf die jezelf kan negeren of ben je zelf die dit niet kan?
Zou je dit over jezelf kunnen zeggen?
Wat je zegt tegen of over je medemens die zijn zwakheid niet kan verbergen, gaat dit alleen maar over die ander?
Zou dit niet evenveel over jezelf kunnen zeggen in hetgeen wat je niet kan zeggen?
Je degene bent die jezelf negeert omdat je, je sterk wil houden om je zwakte te verbergen? Je ware gelaat niet durft te tonen.
Of zou je zelf die zijn die zich niet sterk kan houden om je zwakte te verbergen, dit niet onder stoelen of banken kan steken?

Het dan lijkt of je de enige bent.

Alsof ik de enige ben die hiermee zit.
Als het alleen maar van mezelf is en niet van de ander.
Ik zo de ander niet kan begrijpen.
Ik in het niet begrijpen van de ander mezelf niet kan begrijpen.
Als laat blijken wie ik ben in mijn ware aard.
Mijn zwakte toon waarin ik me gekwetst voel.
Ik me hierbij beledig voel.
Ik voor de ander die ben met lange tenen, die vlug op zijn tenen getrapt is.

Ik van die ander eigenlijk niet mag laten blijken wie ik ben in zwakte en kwetsbaarheid.
Ik hierin niet eerlijk mag zijn.
Je voelt dat je in een leugen leeft waarin je, jezelf moet verloochenen.
Het lijkt erop dat ik hierin alleen sta in deze wereld en me hierbij eenzaam voel.
Ik het in dit niet begrijpen, het niet meer weet.
Ik hierbij tegen een muur loop waarbij ik niet verder kan.
Waarom gaat het dan niet verder?
Ik op deze vraag geen antwoord weet.
Ik in dit niet weten geen blijf meer weet met mezelf.
Ik zo voor de ander niemand meer ben dan een vreemde. De ander voor mij niemand meer is dan een vreemde.
Ik me hierin slecht en leeg voel.
We eigenlijk niet meer dan vreemden zijn voor elkaar.
Ik zo verloren loop in deze wereld.
Dit je de adem beneemt, je zo door vertwijfeling in een bunker beland van het kille rationele denken?
Je, je hierin in eenzaamheid opgesloten voelt en radeloos bent.

Begrip van in eerlijkheid vanuit openheid

Je kunt zijn in de eerlijkheid vanuit de openheid in wie je bent naar elkaar in het kwetsbaar zijn.
Het hiervoor belangrijk is dat je door anderen begrepen word.
Je dan jezelf beter kan begrijpen.
Is het hiervoor ook niet minsten even belangrijk dat je de ander kan begrijpen, die ook gewoon open is vanuit de eerlijkheid in het kwetsbaar zijn.
Die zichzelf dan beter kan begrijpen.
Wat je zelf echt niet graag hebt, zou je dan willen dat dit de ander overkomt?
In welke mate zou je jezelf en de ander hierin kunnen begrijpen.
Het hier niet gaat over medelijden en klagen, maar wel om medeleven, begrip en acceptatie.
Hierin openheid, eerlijkheid en oprechtheid centraal staan.


 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten